Gepubliceerd in Editie Enigma
Onlangs was ik getuige van een moord en een poging tot moord. Toen ik op bezoek was bij mijn oma, werd onder mijn neus vol overgave een minuscuul spinnetje gedood. Op dezelfde dag zat ik bij mijn zusje in de auto, die zonder blikken of blozen over een duif heen reed. De duif was niet dood, want die kwam gelukkig niet onder een van de banden terecht, maar in elk geval wel heel wat veren armer. Niet lang geleden ontmoette ik een dame die compleet opging in de jacht op een vlieg. Ze hield zijn bewegingen nauwlettend in de gaten en kon niet wachten om de vlieg te pletten tussen haar hand en de tafel. Waarom? Al sla je me dood…
‘Ach, een vlieg meer of minder’. Niet zo lang geleden had ik het hierover met een goede vriend. Hij vroeg mij waarom ik daar zo over denk, en of dit te maken heeft met het boeddhisme. Het was een interessante vraag, die mij aan het denken zette. Vroeger maakte ik ook weleens een mug dood, omdat die mij prikte en wakkerhield door luidruchtig zoemend mijn gezicht op te zoeken. Ik was niet anders gewend, want mijn vader doorzocht het huis iedere avond met een vliegenmepper. Ja, door het boeddhisme realiseerde ik me wat ik eigenlijk altijd al wist: ieder levend wezen leeft, en wie ben ik om dat leven zomaar te beëindigen? ‘Maar heeft dat dan met karma te maken?’ vroeg mijn goede vriend grinnikend. Nee, en dit vormt mede de reden dat ik mezelf nooit ‘boeddhist’ zal noemen. Het gaat mij niet om het feit dat je het leven van een ander wezen per se niet mag beëindigen en gestraft zal worden als je dat wel doet, of beloond wordt als je dat niet besluit te doen. Het gaat erom dat ik simpelweg géén reden kan vinden om dat leven wél te beëindigen. Voel ik me beter als ik een mug om zeep help? Nee. Zelfs spinnen, waarvan ik geen groot fan ben, zal ik niets doen. Dat heeft een hele eenvoudige reden: het geeft me geen vrolijk of goed gevoel. Punt.
Het lijkt soms of we redenen nodig hebben om ‘goed’ te handelen: de belofte van ‘positief karma’, een hemel, zeventig maagden, of verlichting. Het lijkt ook, zoals in het voorbeeld van de dame en de vlieg, of de jacht veelal met macht en winnen te maken heeft. Een mug is maar een mug en een vlieg is maar een vlieg. Tja, dat zou je zo kunnen zien. Vanuit dat oogpunt is een mens echter ook maar een mens. Helaas wordt dat dan vaak net even anders gezien. Wij worden beloond als we ons gedragen, en wij hebben die beloning nodig om in te zien hoe we kunnen muggenziften over minuscule beestjes én zodat we ons inhouden wanneer we weer eens neigen te doden. Doen we dat toch, dan zeggen we gewoon dat het toch maar nutteloze en vervelende schepsels zijn. Als iemand echter in een winkelcentrum een bom tot ontploffing brengt of om zich heen begint te schieten, dan rouwen we bijna en raken we niet uitgesproken over het drama in kwestie. ‘Al die mensen, al die verloren levens. Het is een verschikkelijk drama. Hoe kan iemand dat doen?’
Eh, juist ja.
O ja, over muggen gesproken.
Bekijk zeker even dit korte filmpje op YouTube.